Welkom bij vanDRAANENadvies. Jouw partner voor het in kaart brengen en ontwikkelen van talent. Assessment & Development, wetenschappelijk, talentgericht, maatwerk.

Nabijheid door afstand 

gekke pandemie-tijd

Eén van de meest gehoorde zinnen deze tijd is: 'houd 1,5 meter afstand'. Dat voelt gek voor ons. In ons kleine landje met veel inwoners zijn we gewend om dicht op elkaar te leven en te wonen. 

Boodschappen doen. Onderweg naar de winkel kom ik hier en daar wat mensen tegen. Een moeder met een kinderwagen. Een meneer die zijn hond uitlaat. Een mevrouw met een boodschappentas. Normaliter registreer ik dat ergens in mijn achterhoofd, eigenlijk niet eens bewust. Vanuit mijn 'oerbrein' maak ik in een fractie van een seconde een inschatting of dat tegemoetkomend verkeer gevaarlijk is of niet. Daar denk ik niet over na, dat doen mijn 'amygdalae'. De kleine orgaantjes die al vanaf de oertijd registreren of ik veilig door kan, of dat ik beter kan vluchten. 

Het 'tegemoetkomend verkeer', die moeder, meneer of mevrouw, zal dat wellicht ook hebben. Of niet. Meestal weet ik dat niet. Oogcontact komt soms voor, een groet ook af en toe. Maar vaak passeren we elkaar gewoon, ogen naar de grond. Soms wat ongemakkelijk langs elkaar heen schuiven, al dan niet fysiek contact makend. Ieuw... Zeker als het druk is. Met als effect: we sluiten ons af. Willen niet voelen, niet zien. Want die ander komt ongevraagd en ongewenst wel heel dicht bij. Eigenlijk wil ik het liefst met een grote boog om iemand heenlopen "...Ga uit m'n aura..!" 

Deze dagen is dat anders. We zien elkaar al als we beiden nog aan het einde van de straat zijn. Er is oogcontact. Terwijl we dichterbij komen, merk ik dat we elkaar in de gaten houden. Terwijl we naar elkaar toelopen, zorgen we dat we in een grote boog om elkaar heen lopen. En heel tegenstrijdig: dat voelt niet als wantrouwen. En gek genoeg niet als afstand. Dat voelt als zorg. Als gezamenlijke verantwoordelijkheid. Bij het passeren is er letterlijk ruimte om oogcontact te maken, elkaar te groeten. Een 'lachje van verstandhouding': we zitten hier sámen in. 

Ruimte
Gezamenlijkheid. Respectvolle afstand. Die twee zaken zorgen er blijkbaar voor dat we verbinden. Er is voor ons brein geen reden om zich gealarmeerd te voelen door 'de indringer'. En het feit dat wij een gezamenlijke verantwoordelijkheid dragen (of een gezamenlijke vijand hebben), maakt dat we juist meer openstaan voor de ander. De fysieke ruimte die er nu moet zijn, geeft letterlijk ruimte om emotioneel meer open te staan. Dat wordt versterkt door het feit dat we met z'n allen in deze situatie zitten. We zijn noodgedwongen verantwoordelijk voor elkaar. Daar waar die sociale verantwoording eerder gevoeld werd als een regel of een wet, is het nu een intrinsieke beweging. We kúnnen niet anders dan verantwoordelijk zijn voor elkaar omdat we alleen zo verantwoordelijk kunnen zijn voor onszelf. En dat is een belangrijke breinwet: intrinsieke motivatie. Alleen als je zelf de noodzaak ziet om iets wel of niet te doen, werkt je brein mee. 

En omdat we ons niet hoeven te 'verdedigen' tegen 'mensen die in onze persoonlijke ruimte komen', ervaren we blijkbaar de ruimte om ons open te stellen voor de ander. Ruimte om uit te reiken. Beweeg-ruimte. Adem-ruimte. 

Hoe gaaf zou het zijn, als we dit óók nog kunnen als we straks de deur weer uit mogen...? Wat hebben we daarvoor nodig..? 

Voor nu: #stayhome. #staysafe. En voor later: #stayconnected.